Roneela heeft een prachtige jurk aan. Pakistaanse kleuren en een Pakistaans design. Daar staat ze, ze straalt blijdschap en dankbaarheid uit. We zijn bij elkaar om feest te vieren. Een paar maanden geleden kreeg Roneela status. In 2009 kwam ze op Schiphol aan, berooid, angstig en alleen. Nou ja, niet helemaal alleen. Ze was in gezelschap van een mensensmokkelaar. Die reed haar eerst een tijd rond en dropte haar vervolgens in een flat in de Bijlmer. Een paar dagen later haalde hij haar weer op en bracht haar naar Ter Apel. Ver voor het aanmeldcentrum zette hij haar uit de auto. ‘Daar moet je zijn’ wees hij. Toen Ronelaa zich bij de poort meldde hoorde ze dat ze in Nederland was. Het was koud en ze had alleen maar zomerkleren. Al heel snel kwam ze in contact met christenen uit een naburige kerk. Ze brachten haar warme kleren. Het begin van haar nieuwe familie. Nu staat ze voor een groep meer dan honderd mensen, allemaal mensen die de afgelopen jaren iets voor haar betekend hebben. ‘Mijn nieuwe familie’ zegt ze, als ze naar ons wijst. Ze haalt Psalm 68 aan, ‘God die de eenzamen in een huisgezin plaatst’.
Roneela is Pakistaanse. Ze behoorde daar bij de christelijke minderheid. Ze moest vluchten omdat ze meegewerkt had aan een evangelisatieactie. Haar emailadres stond op een aanplakbiljet. Er volgden bedreigingen die steeds heftiger werden. Toen er ten slotte schoten vielen drong haar familie er bij haar op aan om te vluchten. Ze was een gevaar voor de hele familie geworden. Ze werd in contact gebracht met een man die haar alleen zei: ‘volg me en vraag niets’. Zo kwam ze in Nederland aan. Daar begon een nieuwe lijdensweg. Verschillende keren werd haar asielverzoek afgewezen. Ook werd ze verschillende keren gevangen gezet. Ze kwam in het AZC-Luttelgeest. Bizar genoeg ontving ze hier weer bedreigingen. Ze werd overgeplaatst naar het AZC ’s Gravendeel, maar ook daar konden ze haar veiligheid niet garanderen. ‘Ga maar naar je christenvrienden’, adviseerden ze haar. Ze vond jarenlang onderdak bij een christelijke organisatie.
Nu zitten we met z’n allen in Alblasserdam, in een vergaderzaal naast de prachtige dorpskerk. Een Bondsgemeente. Ook zij hebben Roneela ondersteund. Maar Roneela heeft de gave om met allerlei christenen om te gaan. haar familie is heel divers, wel hebben ze allemaal een zendingshart en een hart voor verdrukten. ‘Bij ons zit ze op de bijbelstudie’, verteld een Indische man me, ‘we hebben heel veel samen gebeden’. Een gepensioneerde politieagent vertelde me dat hij vele, vele honderden kilometers met haar heeft gereden. Telkens naar rechtszaken. Hij kon haar van uit zijn ervaring ook gedegen juridisch advies geven. Een taaie jongen, want toen ze op een keer dreigden om Roneela terug te sturen, spande hij een rechtszaak aan tegen de staat. Ook uit Urk was een bescheiden delegatie. Roneela werd toen ze in Luttelgeest verbleef door verschillende Urker vrouwen bezocht. Co en Piet van den Heuvel nodigden haar nadien regelmatig uit om naar Urk te komen. Ook op Urk werd in verschillende kerken voor haar gebeden. Roneela zegt het nog een keer: ‘Jullie zijn mijn familie’. ‘Ik heb nu status en huis, maar jullie hebben nog een taak voor mij’. Natuurlijk, familie blijf je.
Krijn de Jong