Moed

Waarom zijn de dingen achteraf altijd zo glashelder. Natuurlijk hadden wij dat kind gered. Alhoewel, het was toch wel levensgevaarlijk. We hebben net een indrukwekkende pinksterdienst achter de rug. We bevinden ons in de Anglicaanse kerk aan de Groenburgwal in Amsterdam. Met Pinksteren een dienst bijwonen in een ander taal, dat trok ons. En het is een levende gemeente. Onze oudste zoon Bert is er actief lid. Zo nu en dan gaan we er op bezoek. Nu zitten we op de zolder van de kerk, voor koffie en ontmoeting. Omdat we op weg zijn naar een joodse bijeenkomst komt de joodse geschiedenis ter sprake. Onze enthousiaste gesprekspartner vertelt over haar Amsterdamse afkomst. Haar grootmoeder woonde hier in de buurt. Elke dag fietste ze voor haar werk langs de Hollandse Schouwburg, de plaats waar in de oorlog de Joden voor deportatie werden verzameld. Hartverscheurende taferelen zag ze er. Soms boden moeders hun kinderen aan. ‘Hier, neem haar alsjeblieft mee’. ‘Maar dat kon natuurlijk niet’, vervolgde mijn gesprekspartner. ‘Ze moest naar het werk en ze kon helemaal niet voor een kindje zorgen’. Redelijke argumenten, maar toch. Die Barmhartige Samaritaan was ook op weg ergens heen. En ziekenzorg was ook niet zijn vak. Lastige vragen en lastige situaties komen zelden op een gelegen moment. Moed gaat over grenzen.

Een uur later zitten we in het Joods Historisch Museum. Ik lees een verhaal over de familie Bogaard, ‘een zwaar gereformeerde familie uit Nieuw- Vennep’. ‘De Bijbel was er constant gezelschap en de Joden werden beschouwd als Gods uitverkoren volk’. Wat een familie! Vader, opa, twee ongetrouwde broers en een zuster. Samen brachten ze ongeveer tweehonderd Joden in veiligheid. Tientallen zaten er ondergedoken op de boerderij van Hannes, de spil van dit unieke stukje verzet. Op een dag hoorde hij dat er een Joods echtpaar bij hen in de buurt was opgepakt. De vrouw was hoogzwanger. Hannes ging er gelijk achteraan. De man was al naar Westerbork afgevoerd, maar de vrouw lag nog in het ziekenhuis. Ze was de dag na de arrestatie bevallen. Hannes wist langs de bewaking naar binnen te komen en moeder en kind het ziekenhuis uit te smokkelen. En passant nam hij nog een elf dagen oud baby’tje mee. Hannes had een uitgesproken mening. De nazi’s zijn ‘zonen van satan’, die met hand en tand bestreden moesten worden. Gevaar telde daarbij niet.

Even later zitten we in het gebouw van de voormalige Hervormde Kweekschool. Het gebouw ligt tegenover de Hollandse Schouwburg en naast de Joodse crèche. De Kweekschool is nu onderdeel geworden van het Holocaust museum. Er waren bij de opening veel bijzondere gasten, waaronder de 105 jarige prof. Van Hulst. In de oorlog was hij directeur van de Herv. Kweekschool. In die functie heeft hij meegewerkt de redding van 600 joodse kinderen. Hij trotseerde het gevaar. En altijd weer denk ik, wat zou ik gedaan hebben. En direct daarna, wat moet ik nu doen? Onlangs las ik een mooie uitspraak van de dichter Remco Campert. ‘Jezelf vragen stellen, daarmee begint verzet. En dan die vraag aan anderen stellen’.

Krijn de Jong