Blog

Feest

Twee bijzonder feesten op één dag. En een dag ervoor was het al begonnen. Afgelopen vrijdag toog ik samen met T naar Duitsland. Net over de grens, maar toch helemaal Duits. In Bad Bentheim werden we op het kasteel verwacht. Nee, niet door de graaf van Bentheim, die daar in het torengebouw woont. We werden verwacht door een Duitse ambtenaar van de burgerlijke stand. Een deel van het kasteel is tegenwoordig in gebruikt als trouwlocatie. De trouwambtenaar had het aanstaand echtpaar aangeraden ‘ein Redner mit zu nehmen’. Zonder een echte toespraak zou de huwelijksplechtigheid erg kort en formeel blijven en dat past natuurlijk niet bij zo’n feestelijke gebeurtenis. De omgeving werkt in elke geval mee. Een Hoogteburcht, een kasteel op een berg, omgeven door prachtige natuur. Een kasteel vol geschiedenis, ook Nederlandse geschiedenis. Die Nederlandse geschiedenis gaat terug naar koningin Emma. Haar zuster Pauline was getrouwd met de graaf van Bentheim. Emma was getrouwd met koning Willem III, bijgenaamd ‘koning gorilla’. Geen gezellige jongen dus. Voor Emma was het een gelukkige omstandigheid dat ze familie in de buurt had. Het kasteel van Bentheim werd een uitwijkplaats voor de koningin-regentes en haar dochtertje Wilhelmina.

Verrast was ik wel dat ik door dominee Emaus en zijn aanstaande echtgenote gevraagd werd om een toespraak te houden. Niet dat we helemaal vreemden waren. We hadden al eens samen een visje gegeten en Elbert, de zoon van de dominee, is getrouwd met een familielid van me. Ook hebben we beiden wortels in Ouddorp. Wonderlijk altijd bij een bruiloft, behalve dat er twee mensen samen komen, komen er ook twee families nader tot elkaar. Van mij werd verwacht dat ik wat warme, samenbindende woorden zou spreken. Zaterdag werd het feest voortgezet op Urk. Natuurlijk eerst in de kerk. Wat zijn we zonder de zegen van de Heere? We luisterden, we zongen: ‘de Heer betoont Zijn welbehagen aan hen, die need’rig naar Hem vragen, …’. Na de dienst gingen we naar het Achterhuis, voor het vervolg van het feest.

Maar daar moest ik afhaken vanwege een ander bijzonder feest. Niet in een kasteel maar in een kantine. De kantine van het Urker Zalmhuys. De Armeense familie Tonoyan heeft na zeven en een half jaar wachten verblijfsvergunning gekregen. Zeven spannende jaren, waarin hoop en vrees elkaar voortdurend afwisselden. Een aantal verschillende mensen uit Urk en omgeving, heeft hen op allerlei manieren bijgestaan. En ze hebben aanhoudend voor hen gebeden. Wat zijn we zonder Gods hulp? En nu was het tijd om te danken en tijd om feest te vieren. Dominee Westerink opende de feestmaaltijd met woorden uit psalm 138: ‘Als ik wandel in het midden der benauwdheid, maakt Gij mij levend’. We waren met een man of vijfenveertig. Zo’n aantal is nodig om een familie jarenlang te steunen. Maar nu vieren we even feest.

Krijn de Jong